Leesbegrip
Voor het begrijpen wat je leest is veel meer nodig dan alleen begrip. De formule, die Erna van Koeven en Anneke Smits in hun boek Rijke Taal beschrijven, is een mooie basis die ik graag hieronder uitwerk. Maar eerst geef ik nog wat praktische tips (gebaseerd op De zeven pijlers van onderwijs in begrijpend lezen) om leesbegrip te kunnen bevorderen, Ook heb ik nog een aantal methodieken op een rijtje gezet met daarbij verwijzingen naar andere sites, want begrijpend lezen of leesbegrip is inmiddels een hot item. Tot slot geef ik nog wat voorbeelden van activiteiten die je in kunt zetten om het leesbegrip te bevorderen.
Leesbegip bevorderen door:
1. ...kinderen te laten lezen voor een doel. Laat het doel altijd gericht zijn op het ontwikkelen van kennis en houd het betekenisvol en motiverend.
2. ...langere tijd te werken met of aan brede thema's (multiperspectivisch). Let op: zorg wel voor thema's die aansluiten bij de kinderen; voldoende achtergrondkennis over dit thema is noodzakelijk.
3. ...onderscheid te maken tussen twee soorten lessen in begrijpend lezen. Enerzijds veel lezen over een thema zodat kinderen meer kennis ontwikkelen (een 'kennisontwikkelingsles'). Anderzijds lessen waarbij kinderen begeleid worden bij het achterhalen van de betekenis van de tekst (een 'expliciete-instructieles).
4. ...te zorgen voor kwalitatief goede boeken en artikelen. Beschikbaarheid van boeken en teksten is erg belangrijk, waarbij het de voorkeur heeft om te werken met boeken en artikelen die een goede en duidelijke tekststructuur en alineastructuur hebben, rijk taalgebruik bevatten en die authentiek zijn.
5. ...alle leerlingen de mogelijkheid te geven kennis te ontwikkelen. Ken de beginsituatie wat betreft achtergrondkennis en woordenschat van alle kinderen en speel daarop in.
6. ...feedback te geven, te volgen en het leesbegrip van kinderen te toetsen. Op deze manier kun je de instructie aapassen en het aanbod aanpassen.
7. ...zelf doelgericht te werken aan opbrengsten, op schoolniveau. Denk aan boekenaanbod, themakeuzes, tijd op het rooster, wijze van differentiatie.
​
Maar bovenal: praat over wat er gelezen wordt en gebruik kinderboeken!
LB = DV x ETB x LMH x TK x AD
Leesbegrip=
• decoderen en vloeiendheid
De woorden zeggen het al: het gaat om decoderen en vloeiend kunnen lezen. Bij kleuters start dit al met voorlezen, letters/ klanken en invented spelling. Vanaf groep 3 start de elementaire leeshandeling en vervolgens wordt het hardop lezen en vrij lezen geoefend. Vanaf eind groep 4 wordt het lezen wat uitdagender wat betreft woorden en zinnen en moeten kinderen zelf vlot leren lezen door veel te lezen.
• ervarings- en taalbasis
Hier gaat het om ervaringen en kennis die leerlingen thuis en op school opdoen. Teksten en boeken moeten gekoppeld zijn aan concrete ervaringen. Door te werken vanuit uitdagende en motiverende thema's die aansluiten op wat actueel is of die aansluiten op andere vakken (WO) en teksten te kiezen die niet tè eenvoudig zijn, bouw je aan een ervarings- en taalbasis.
• leesmotivatie en hoeveelheid
Kinderen die meer lezen, die meer voorgelezen worden en een rijk aanbod aan boeken hebben, begrijpen beter wat ze lezen. Alles start met een goed boekenaanbod en gemotiveerd vrij lezen.
• tekstkwaliteit
Gebruik rijke teksten, met natuurlijke taal en een overzichtelijke lay-out. Kijk hier voor tips.
• actief denken
Stuur aan op hogere orde denken. Laat leerlingen praten met elkaar over wat gelezen is, laat leerlingen betekenisvolle opdrachten maken op basis van verschillende rijke teksten of boeken. Denk aan schrijfopdrachten, kunstzinnige opdrachten en dergelijke.
Methodieken leesbegrip
Er zijn diverse methoden en methodieken die het leesbegrip op een effectieve manier bevorderen of werken aan de voorbereiding die nodig is om goed te kunnen begrijpen wat je leest. Hieronder vind je een aantal bewezen effectieve (of deels effectieve) methodieken. Klik op de naam van de methode of methodiek voor meer informatie.
​
1. LIST
Lees Interventie-project voor Scholen met een Totaalaanpak (/ Lezen IS Top). Werk aan technisch lezen om te zorgen voor meer leesbegrip. Bij LIST oefenen kinderen hun technische leesvaardigheid met zelfgekozen boeken uit (meestal) de schoolbibliotheek. Vooral gericht op voorbereidend, aanvankelijk en voortgezet lezen, waarbij betrokkenheid bij lezen, motivatie en het maken van (voor)leeskilometers voorop staan.
Aanpak gericht op groep 5 t/m 8 waarbij je wereldoriëntatie-thema’s en rijke kinderboeken en teksten inzet. Het doel: leesbegrip bevorderen door het verrijken van de taal- en kennisbasis van leerlingen. Focus op begrip richt zich op voorlezen, vrije keuze lezen, het verrijken van de wereldoriëntatiemethode en het werken met tekstsets.
Concept Oriented Reading Instruction is een aanpak voor begrijpend lezen (groep 5 tot 7) waarbij thematisch lezen centraal staat. Begrijpend lezen en strategie-instructie worden zoveel mogelijk geïntegreerd in zaakvakken. Je werkt twaalf weken met en aan eenzelfde thema, waarbij leerlingen hun eigen vragen binnen dit thema opschrijven en deze vragen vervolgens beantwoorden door het lezen van boeken en teksten. 60-90 minuten wordt er per dag gewerkt aan een thema.
Aanpak gericht op het herhaald lezen van een tekst, veelal rijke teksten waarbij hogere denkvaardigheden worden getraind. Lees via deze link voor-en nadelen van Close reading.
​
​
Nog een tip: DE KWALITEITSWAAIER: EFFECTIEF ONDERWIJS IN BEGRIJPEND LEZEN. Deze waaier bestaat uit kwaliteitskaarten voor leraren, leesdeskundigen, schoolleiders en bestuurders van het primair en het voortgezet onderwijs. Ideaal middel om samen het leesonderwijs in begrijpend lezen op een hoger niveau te tillen.
Klik hier voor de kwaliteitswaaier.
Activiteiten die het begrijpend lezen bevorderen
Hieronder staan een aantal voorbeelden van activiteiten die je in kunt zetten om te werken aan begrijpend lezen. Houd altijd rekening met de tien punten aan het begin van deze pagina; onderstaande tips zijn puur praktisch.
​
Onderbouw
- lees elke dag voor!
- werk aan begrijpend luisteren door te werken aan onder andere verhaalbegrip. Stel vragen over wat er voorgelezen is en wissel daarbij af volgens de taxonomie van Bloom. Tip: gebruik de Vragenkaart van Inge de Vries (Pica).
​
Middenbouw
- lees elke dag voor!
- praat over wat (voor)gelezen is. Zorg voor een gesprek over de inhoud én wat kinderen ervan vinden. Laat ze erover doordenken.
- laat natekenen wat kinderen hebben gelezen of wat ze hebben gehoord.
- zet informatieve boeken in (hoe? lees de praktische tips hier).
- laat een voorgelezen verhaal afschrijven vóórdat het verhaal uit is. Op deze manier luisteren kinderen aandachtig of hun verhaal overeenkomt met het echte verhaal.
- koppel leesactiviteiten aan schrijfactiviteiten.
​
Bovenbouw
- lees elke dag voor!
- praat over wat (voor)gelezen is. Zorg voor een gesprek over de inhoud én wat kinderen ervan vinden. Laat ze erover doordenken.
- laat natekenen wat kinderen hebben gelezen of wat ze hebben gehoord.
- laat een voorgelezen verhaal afschrijven vóórdat het verhaal uit is. Op deze manier luisteren kinderen aandachtig of hun verhaal overeenkomt met het echte verhaal.
- zet informatieve boeken in (hoe? lees de praktische tips hier).
- maak kinderen expert, zorg ervoor dat zij als enige kennis hebben over een deelonderwerp binnen het aangeboden thema. Laat ze iets vertellen over wat ze gelezen hebben aan anderen en laat ze quizvragen maken over de inhoud van het verhaal, zodat andere kinderen extra goed moeten luisteren en/of moeten lezen.
- koppel leesactiviteiten aan schrijfactiviteiten.
​