In dit prachtige prentenboek komen twee verhaallijnen op een bijzondere wijze bij elkaar. Een sneeuwvlokje wordt bovenin de wolken gemaakt en blijft vallen en waaien, van landen is geen sprake. Het sneeuwvlokje maakt een boeiende reis, langs mooie plekken. Doordat deze mooie reis van het sneeuwvlokje wordt afgewisseld met het verhaal van een meisje, Noëlle, dat heel graag een prachtige kerstboom wil. Ze vindt een klein boompje en gaat het thuis versieren met haar opa. Ze hoopt dat er snel echte sneeuw op de takken van haar boompje dat ze buiten bij het raam zet, komt. En dan wordt het ochtend en voelt ze dat er iets is gebeurd.
De grote, overzichtelijke illustraties zijn herkenbaar voor kinderen: heel winters met kale bomen, grauwe luchten, veel lichtjes en versierde kerstbomen. En welk kind wil er nou niet zo'n mooie boom met kerst? De tekst is eenvoudig en haast poëtisch, en dat betekent dat de vertaling van Edward van de Vendel dus ook sterk is. Wel wat verwarrend is 'opa' in het begin en later 'opapa'. Wat mooi uitgebeeld is, is dat de weg die je gaat, soms niet gaat zoals je wilt, maar dat het uiteindelijk wel wat kan worden en dat je vertrouwen moet hebben.
Ideaal om voor te lezen in de wintermaanden, om verhalen na te laten vertellen, want de illustraties vertellen het verhaal bijna helemaal zelf.