Dit debuut van Iris Lam kan met recht bijzonder, origineel en kunstzinnig genoemd worden. Door de vormgeving een grote rol te laten spelen in de uitwerking van dit verhaal, is het een kunstzinnig geheel.
Het verhaal gaat over Anna die voor heel veel dingen bang is. Ze heeft een mannetje in haar die steeds tegen haar praat en haar letterlijk bang maakt en de put in praat. Haar stoere moeder die politieagente is, is best teleurgesteld in haar bange dochter. Op een dag besluit Anna om niet meer bang te zijn. Als ze dan langs een enorm groot wit huis loopt, vraagt het meisje Ellemelle, dat eruit ziet als een poedel (wat tevens perfect afgebeeld is) of ze komt spelen. Het mannetje in haar waarschuwt haar en daarom gaat ze juist naar binnen. Ze komt in een bizar huis terecht met onder andere een speelparadijs, skipiste en zwembad. Eerst is het leuk, maar al gauw blijkt dat het meisje haar wil houden voor altijd. Haar vader en Ellemelle sluiten Anna op. Het lukt Anna om uiteindelijk te ontsnappen. Ze schuilt voor die enge vader in een leegstaand appartement in de wolkenkrabber waar haar vriend Lepel woont. Daar ontmoet ze de stoere, maar angstige Bange Rik en twee bijzondere madams. Ze bouwen een vriendschap op en beginnen de Bond voor Bangeriken. Kan Anna uit de handen blijven van de enge vader van Ellemelle en nog belangrijker: kan ze haar angsten overwinnen?
Dit boek valt op door de vele tekeningen van Iris Lam zelf en de zwierige geschreven teksten die soms een groot deel van de bladzijden in beslag nemen. Het leuke aan de tekeningen is dat ze bepaalde tekstelementen enorm uitvergroten en (soms iets te) letterlijk uitbeelden. Dat maakt het een leuk, speels geheel. Zo is Bange Rik bijvoorbeeld heerlijk overdreven neergezet. Zo'n enorme kerel met een klein hartje, zal menig hartje stelen.
Doordat een onderwerp als klimaatverandering aandacht krijgt in dit boek, past het goed bij deze tijd. Het speelt niet de grootste rol, want familie, vriendschap en angsten overwinnen zijn grotere thema's. Juist dat laatste, daar draait het grote geheel om: Anna die haar angsten overwint om de wereld te willen redden. Dat klinkt heel zwaar misschien, maar de grappige, lieve en stoere personages, zoals Lepel, de madams, de uitvinders en Bange Rik maken het geheel net even wat luchtiger.
Veel jonge lezers zullen de wisselwerking tussen tekst en tekeningen heel prettig vinden en leesplezier geven. Toch kan het speelse, drukkere voor andere kinderen net iets te druk of rommelig ogen, waardoor het juist kinderen misschien wel zal weerhouden om te lezen. Vooral geschikt voor kinderen vanaf zo'n 9 a 10 jaar die wel van gekke, kunstzinnige, grappige en avontuurlijke verhalen houden.