Een grappig verhaal over drie lama's die vreemde dingen meemaken en daarom op onderzoek uitgaan. Dat onderzoek is rustig opgebouwd, maar bevat wel veel humor en taalgrapjes, waardoor je als lezer tot het eind geboeid blijft. Dus dat is knap werk van de auteur én van de vertaler.
Dit is het tweede verhaal over de lamabende. De lamabende bestaat uit drie lamavrienden of alpaca's (want dat laat het boek een beetje in het midden, zo lijkt) Peterselie, Vokonela en Einstein die wonen bij de familie Elzenbeek. Als er ineens een dromedaris bij de lamastal van de boerderij Elzenbeek staat, is Vokonela meteen stapelverliefd op Daphne de dromedaris. Deze verliefdheid is een beetje de rode draad die de boerderij van Daphne en de boerderij van de lama's met elkaar verbindt. Als de lama's erachter komen dat iemand verkeerde dingen voor heeft met de boerderijen, gaan ze op onderzoek uit. Na wat speurwerk, hebben ze algauw een idee hoe de vork in de steel zit en is het zaak om de mensen duidelijk te maken wat er gebeurt en wie daar de oorzaak van is. En dat is best lastig als mensen geen lama's verstaan.
Het is een leuk avontuur dat net even wat grappiger wordt door de taalgrapjes en grappige uitspraken van de eigenzinnige lama's, maar ook door de dommigheid én slimheid van de dieren. Het is misschien wel een wat traag verhaal, maar dat past goed bij het doen van een onderzoek, want levendig is het zeker. De lama's zoeken grondig uit hoe alles zit om een goed plan te kunnen bedenken. De schrijfstijl is erg toegankelijk, waardoor het een goed zelfleesboek is vanaf een jaar of 8, maar het is ook een zeer geschikt boek om voor te lezen. De diverse hoofdstukken eindigen zo dat je door wilt lezen en de vele grappige illustraties maken de sfeer helemaal compleet. Je hebt als lezer al snel door hoe alles in elkaar zit; het is vooral meegenieten en meelachten met die lieve, gekke lama's.