Laat je meevoeren door een beeldend verhaal over heel lang geleden en verdwijn in de wereld van de vroege bronstijd. Leer de geschiedenis van Nederland kennen of leer hoe mensen toen leefden door dit vlot geschreven verhaal te lezen.
Het verhaal gaat over Kraai en Aïn die ergens in een familiehuis op de Veluwe wonen, zo'n vierduizend jaar geleden. Kraai is een dubbelbloed (kind van twee stammen); mensen noemen hem een eunjer. Aïn is dochter van stamhoofd Te Ka en heeft het zwaar in deze pittige familie met iedereen die zich broer noemt. Vooral haar broer Aab, de opvolger van het stamhoofd, maakt het haar moeilijk. Na een heftige confrontatie, doodt ze Aab. Kraai, helpt haar het lijk te verbergen. Vlak daarna vlucht Kraai en gaat Aïn hem achterna. Ze vluchten hun gebied uit, het gebied van de Jonge Wolven in. Als ze gevangen worden door de Jonge Wolven, weten ze snel te ontsnappen en daarna begint een bizarre tocht waarbij ze meerdere mensen van andere stammen ontmoeten, goede en minder goede mensen. Mensen van wie ze allerlei nieuwe dingen leren, zoals palingen vangen en mensen die deze heks en dubbelbloed liever doden. Als ze uiteindelijk bij een stam komen die Kraai gevangen neemt en waar Aïn moeraskoorts krijgt, ontsnappen ze mét een offerkind: een zwarte baby die geofferd werd aan de goden. Het hele verhaal draait om vluchten en je ergens thuis gaan voelen. Je leert op deze manier diverse stammen en hun gebruiken kennen. En als je je dan ergens thuis voelt, gebeurt er weer wat, wat je op de vlucht doet slaan. Al met al een avontuurlijk, vrij intens, maar mooi beschreven verhaal, waarbij je je steeds afvraagt of Kraai en Aïn elke tegenslag te boven komen.
De kaart voorin het boek helpt de lezer een beter beeld te vormen van de tocht die Kraai en Aïn maken. En dan gaat het dus om de fysieke tocht, want de tocht die zijn mentaal doormaken, moet je uit het verhaal halen. De ontwikkelingen van de hoofdpersonen Aïn en Kraai zijn namelijk goed zichtbaar uitgewerkt, waarbij gevoelens en gedachten meermaals worden aangestipt.
Vanwege de soms best heftige gebeurtenissen en de liefdesperikelen in dit boek, is dit boek aan te bevelen vanaf een jaar of 13. Daarnaast moet je als lezer wel wat van griezelverhalen, enge moerrassen, gruwel en van het doden en klaarmaken van beesten houden. De gebruiken van toen worden realistisch beschreven en niet spannender of mooier gemaakt dan ze zijn. Dat is sterk uitgewerkt door Rob Ruggeberg.
Dit boek is gebaseerd op archeologische vondsten in de duinen in Wassenaar in 1987. Rob Ruggeberg beschrijft achterin het boek dat hij in deze duinen speelde als jonge jongen. Hij woonde vlak bij de plaats waar een massagraf werd gevonden. Heel bijzonder dat de schrijver heel vaak over de grond heeft gelopen waar de botten van twaalf mensen werden gevonden. De extra toelichting daarbij is goed, want we willen graag dat kinderboeken en boeken voor jongeren goed aflopen, alleen kon dat in dit verhaal niet; de feiten lagen vast.