In dit boek draait alles om hersenen en gedrag. Aan de hand van vijftig vragen wordt een best wel ingewikkeld onderwerp zeer toegankelijk gemaakt.
Het boek is onderverdeeld in acht hoofdstukken die verschillende onderwerpen aansnijden die te maken hebben met je hersenen. Nou zijn hersenen niet meteen een erg tastbaar iets, dus fijn dat er een kinderboek bestaat waarin eenvoudig, feitelijk wordt uitgelegd hoe je hoofd werkt. De acht hoofdstukken gaan allemaal over iets anders, maar hebben wel met elkaar te maken. Zo lees je in het ene hoofdstuk informatie over je zintuigen, in weer een ander hoofdstuk hoe je steeds slimmer wordt en in nog weer een ander hoofdstuk waarom we soms kwetsbaar en gevoelig zijn. Elk hoofdstuk bevat een aantal vragen en deze vragen worden op ongeveer twee bladzijden uitgewerkt.
Lees bijvoorbeeld over waarom je niet alles hoort (je hersenen kiezen zelf over welke geluiden ze wel en niet willen nadenken), waarom je geen zaagsel in je hoofd hebt, maar wel schors (met je hersenschors kun je denken, praten en bewegen), waarom inbrekers soms poep achterlaten (doordat ze soms heel bang zijn) en waarom je door te oefenen van alles leert (hoe meer je je hersencellen gebruikt, des te sterker zijn de verbindingen en onthoud je dus meer). En dit is nog maar een kleine selectie. Wat sterk is aan de (meeste) vragen is dat ze echt vanuit het kind lijken te komen; ze gaan over onderwerpen die kinderen boeien en interessant vinden.
Esther Walraven kan ingewikkelde wetenschappelijk onderwerpen makkelijk uitleggen. Dit doet ze door korte zinnen in korte stukjes tekst, door dicht bij de belevingswereld van kinderen te blijven en door de lezer aan te spreken. Dat maakt het net even wat makkelijker leesbaar, waardoor kinderen ondanks de wetenschappelijke onderwerpen dit boek zeker open zullen slaan. Achterin staat nog een register, waardoor je makkelijk op onderwerp kunt zoeken.
De vormgeving helpt ook bij het toegankelijk maken van deze toch best pittige materie. Er staat bij veel uitgewerkte vragen extra informatie in tekstwolkjes (wist-je-datjes) en er staan veel illustraties (van Elly Hees) en opdrachtjes in (bijvoorbeeld een illustratie van de hersenen veranderd in een doolhof).
Vooral voor kinderen vanaf een jaar of 10 is dit boek interessant en voor andere wetenschappelijke geïnteresseerden die het hoofd en ons gedrag willen begrijpen. Leren vanuit boeken en dan speciaal vanuit dit boek, is een verademing voor kinderen. Goed om samen te bekijken met je kind(eren), zelf te laten lezen of als middel in te zetten bij je lessen.