top of page

Er kan er altijd eentje bij van Roozeboos en Maria van Donkelaar


'Uit de open deur klinkt steeds:

"er kan er altijd eentje bij."'


In dit prentenboek kun je lezen dat er nadelen kleven aan je huis open stellen voor iedereen, maar dat dat nadeel ook weer voordelen heeft. Iedereen welkom heten in je huis, dat doen Tes en Carmen Klein. Iedereen mag komen: familie, vriendjes, de groentevrouw, de jongen van de super, de fanfare en meer. Je ziet aan de illustraties dat al die mensen in huis, niet goed kan gaan. Wat een rommel en het huis gaat zelfs trillen. Wat er precies gebeurt als het huis te vol wordt, dat moet je zelf maar lezen, want die gebeurtenis(sen) zijn origineel uitgewerkt.

Het verhaal in dit prentenboek zal blijven hangen door de sterke rijm die in het boek voorkomt. Bij (bijna) elke prent staan acht zinnen, verdeeld over twee stukjes van vier regels, die soms ook meedeinen met de bewegingen in het boek. Als de mensen van de heuvel rollen, rollen de zinnen (nog goed leesbaar) mee. Dat maakt het een aantrekkelijk geheel. De tekst van Maria van Donkelaar is fijn en soms grappig, waardoor kinderen goed begrijpen wat er gebeurt. Hoewel je je kunt afvragen of jonge kinderen de betekenis van rode konen uit de tekst en uit de illustraties kunnen halen. Daar hebben de kinderen een ander voor nodig.


De wat vrij drukke, maar mooie, kleurrijke en speelse illustraties van Roozeboos laten een wereld vol diversiteit zien. Iedereen is welkom, wie je ook bent, en dat is goed in beeld gebracht. Twee vrouwen die samen wonen met hun kinderen die iedereen ontvangen. Bijvoorbeeld een oma met een nieuwe partner en mensen met diverse achtergronden of culturen. Een boek vol diversiteit met heel veel verschillende mensen.





bottom of page