Een rugzak vol van Pieter Koolwijk
- Hanneke Messelink
- 2 dagen geleden
- 2 minuten om te lezen

Na het succes van het drieluik 'Gozert', 'Luna' en 'Missie afbreken', is het altijd even afwachten of een nieuw boek in vergelijkbare trant van dezelfde schrijver aanslaat. Maar 'Een rugzak vol' slaat aan en misschien nog wel meer, in ieder geval anders dan het drieluik. Het verhaal ontspant, is beeldend en raakt.
Je sluit Obi direct in je hart. Zijn ouders zijn gescheiden en hij moet naar zijn moeder toe, helemaal alleen met de trein, met een wel heel bijzonder gekke rugzak die hij van zijn vader heeft gekregen. Daar wil hij dan ook eerst vanaf, helemaal als blijkt dat er een zaadje in de rugzak zit dat tegen hem praat. En dat is niet geheel verrassend na het drieluik van Koolwijk. Fantasiewerelden spelen een grote rol, waarbij de scheidingslijn tussen echt en niet echt dun is. Het lukt Obi niet om van de rugzak af te komen en hij heeft door een wat dommige actie geen geld genoeg meer voor de trein. Hij besluit naar het volgende station te lopen. Ondertussen gebeurt er steeds meer met Obi en word je het verhaal nog meer ingezogen door de magische illustraties. Er komen steeds meer stemmen uit zijn rugzak. Je merkt aan alles dat die stemmetjes van de bijzondere dingen uit zijn tas bij Obi horen. Sommige kinderen zullen dit direct aanvoelen, andere pas aan het eind. En die ruimte biedt Koolwijk. Als Obi vlak daarna ook nog eens wordt overvallen door een opa en en een oma, is hij wanhopig. Gelukkig niet zo lang, want daar zijn Babs en Saar met hun busje. Twee totaal onbekende mensen; een moeder en dochter van wie de relatie ook wat bijzonder is. Zij nemen hem mee op weg naar zijn moeder. Wat dan start is, is eigenlijk pas het echte verhaal; een mooi verhaal, waarin Obi zichzelf beter leert kennen en waarin Babs en Saar dichter naar elkaar toe groeien.

Er gebeurt veel in dit boek, maar alles hangt op een unieke wijze samen. Je blijft lezen, hoewel sommige dingen misschien nog wel iets te vergezocht zijn. Er zijn zo veel wegen die gereden kunnen worden en toch komt Obi steeds de vreselijke opa en oma tegen. Dat zijn dan weer dingen die iets te toevallig zijn, hoe leuk en belangrijk ze ook zijn voor het verhaal.
De schrijfwijze van dit boek is fijn toegankelijk in taal die jonge kinderen van een jaar of 10 zelf gebruiken. En dat is knap, als je een verhaal schrijft vanuit de ik-persoon. Naast de taal die aanspreekt, spreken de illustraties van Linde Faas ook aan. Zoals je van haar gewend bent: dromerig, dynamisch, magisch en perfect passend bij gevoelens en emoties in het verhaal.
Schrijver: Pieter Koolwijk
Illustrator: Linde Faas
Jaar: 2025
Genre: fictie
Leeftijd: 10+
Uitgeverij: Lemniscaat